#13 Geest in de kerkdienst

Speaker 1:

Hey, welkom bij aflevering 13 van Geloofsvoergesprek. Tof dat je er weer bent. Dit keer een wat andere episode, want het gesprek vanavond is niet tussen Dick en mij, maar tussen Lennard en mij. Lennard is mijn zwager En jaren geleden begon ik met hem de blog geloofsvoer punt nl. En na een jarenlange campagne heb ik hem zover gekregen om op de podcast te komen als medeprater en niet alleen maar als luisteraar.

Speaker 1:

En Lennart bracht professionele podcast materiaal, gear stuff mee, waardoor het sowieso nou het werd nog bijzonderder zullen we maar zeggen. Ik hoop dat je het een interessante aflevering vindt. We hebben het over de ruimte die de Geest krijgt in de kerkdienst en dan bezien vanuit onze beide kerkelijke achtergrond die nogal verschillend is. Ik hoop dat je het een interessante aflevering vindt. Veel plezier.

Speaker 1:

Hé Lennet. Hé Renko. Ongelooflijk wat een eer is dit om met de oorspronkelijke medeoprichter van Geloofsvoer punt nl een podcast op te nemen.

Speaker 2:

Ja, ja, je hebt er even voor moeten zeuren hè? Maar nu zitten we dan hier.

Speaker 1:

Een campagne van ongeveer een half jaar?

Speaker 2:

Ik vind het ook nog steeds te twijfelen of ik het ga doen. Ik weet nog niet of dit online gaat komen, maar we gaan het meemaken.

Speaker 1:

Je zit al twijfelend met mij een podcast op te nemen.

Speaker 2:

Ja, dat klopt. Leuk.

Speaker 1:

Is het niet gewoon omdat je de afgelopen afleveringen geluid ik weet dat je af en toe luistert

Speaker 2:

naar onze podcast, dat je gewoon denkt shit hé, daar moet ik ook bij horen. Nou, vanaf het moment dat ik ooit stopte met met geloofsvoer, dan is het ultieme zou natuurlijk zijn dat jij dan ook gewoon stopt weet je wel, omdat dat iets doorgaat wat wat ook mijn kindje is. Dat is toch altijd een beetje lastig dat je daar geen onderdeel meer van bent. Ja. Dus het was ook pijnlijk voor mij dat je toen iemand anders vond met wie je dit verder kon doen.

Speaker 2:

Dik. Overigens doet hij dat erg leuk en goed vind ik, maar ja nee zeker toen jullie een podcast gingen doen, ik ben zelf ook fervent podcast luisteraar.

Speaker 1:

Ja daarom.

Speaker 2:

Dacht ik wel van hey ik zou het toch wel stiekem leuk vinden om hier eens aan mee te doen. Ja. Ja, ik vind het leuk dat ik hier zit. Het fijne aan bloggen ten opzichte van een podcast is dat met bloggen kan je 100 keer nadenken over de zinnen die je schrijft en voordat je dat zeg maar op publiceren klikt. Ja.

Speaker 2:

Het voelt wat anders met een podcast. Ik ben iemand die graag dingen goed overdenkt, voordat ik het in de wereld gooi, maar het is niet handig als ik over elke zin nu na ga denken. Daar wordt het niet per se boeiend van.

Speaker 1:

Er worden het ook heel veel en ja. Exact. Maar tegelijkertijd was natuurlijk die grondigheid zullen we zeggen ook de jouw reden als ik het me goed herinner om destijds te stoppen met bloggen, omdat het je gewoon ook veel tijd kostte, te veel tijd kostte.

Speaker 2:

Ja, klopt ja. Ik was toch wel meerdere avonden per post bezig denk ik ja. Dus dat, ja dat klopt.

Speaker 1:

Ja, is pittig ja. En nou ja, en de druk op deze podcast wordt nog verder opgevoerd, omdat we natuurlijk net voordat we op record drukte zeiden van ja, wordt een one-taker hè.

Speaker 2:

Dat klopt ja.

Speaker 1:

Alle onzin die je uitkraamt of die ik uitkraamt, die komt er ook op.

Speaker 2:

Kan een hele boeiende aflevering worden, wat dat betreft.

Speaker 1:

Ja, dus beste luisteraars, alle blogs van len die waren gefilterd, goed over nagedacht en genuanceerd. Nu, nu krijgen we de echte Lennard.

Speaker 2:

Het ware aard komt naar boven.

Speaker 1:

En voor wie dat trouwens niet duidelijk is, Lennard en ik zijn zwagers. En in tegenstelling tot de afleveringen die Dick en ik tot nu toe hebben opgenomen, zitten Lennard en ik ook fysiek in dezelfde ruimte. Dus we hebben ongelooflijk professionele podcast materiaal hiervoor op tafel staan. Een toffe microfoon, een mengpaneel en nou Het is

Speaker 2:

net echt ja. Is echt een anderhalve meter hè? Ja, dat is het ook wel denk ik. Ja, ja, inderdaad.

Speaker 1:

Hé en waar gaan we het over hebben vandaag, Len?

Speaker 2:

Nou, in de WhatsApp hebben we het er al even over gehad. En nou ja, zoals je mij kent, wist ik dan hè niks te noemen en zei ik, doe jij vooral een voorstel. En dat werd de Heilige Geest, de ruimte die we geven aan de Heilige Geest in de kerk of in de kerkdienst. Ja. En dat is interessant denk ik, omdat wij allebei toch wel een andere achtergrond hebben wat betreft de kerkgang en ook wel wat verschil denk ik daarin als het gaat om de Heilige Geest.

Speaker 2:

Dus ik denk dat het leuk is om daar eens met elkaar over na te denken. En

Speaker 1:

hoe zou je dan omschrijven dat jouw kerkelijke achtergrond verschilt van die van mij. Die vraag stel ik zo, omdat voor wie deze podcast al een aantal keer geluisterd heeft, die is misschien opgevallen dat Dick en ik wel een beetje gelijksoortige kerkelijke achtergrond hebben, waardoor we het soms irritant genoeg ook dan te vaak eens zijn. Nou hoeven we niet per se ruzie te maken of zo, maar het is natuurlijk wel leuk om soms juist met iemand te praten die een hele andere achtergrond of andere ideeën gevoelens daarbij heeft. Dus dat was ook wel de reden dat ik dit onderwerp had geagendeerd. Dat ik dacht ja, daar hebben wij allebei een andere achtergrond.

Speaker 1:

Maar voor de mensen die luisteren, waarin, als je nou kort moet samenvatten, waarin verschilt naar jouw kerkelijke achtergrond van die van mij?

Speaker 2:

Ja, nou ik ben ik ben opgegroeid als kind en tiener in de vergadering der gelovigen.

Speaker 1:

Oké.

Speaker 2:

Ja, dat bestaat nog steeds. Niet veel meer trouwens. Dat is overigens dus heel traditioneel. Het is een hele traditionele kerk waarin je wel zou kunnen zeggen dat er ontzettend veel ruimte is voor de Heilige Geest, omdat er niks is voorbereid elke dienst. Dus zelfs preek, er is niet 1 voorganger en zelfs op de zondagochtend als iedereen naar binnen loopt, is vaak nog niet bekend wie de preek gaat doen die zondag.

Speaker 1:

Wauw, ja dat is echt een groot verschil ja ten opzichte van wat ik gewend ben.

Speaker 2:

En ook liederen kon iedereen opgeven en gebeden kon iedereen uitspreken. Maar wel heel traditioneel. Vrouwen moesten waar ik ben opgegroeid apart zitten van mannen.

Speaker 1:

Joh oké. Dat wist ik helemaal niet.

Speaker 2:

Ja, echt bijzonder. Vrouwen moesten ook een hoofddeksel dragen. Wauw. Ja, dus het was heel traditioneel heel, nou ja, wel bijzonder.

Speaker 1:

Bedoel je dan met traditioneel ook conservatief?

Speaker 2:

Ja, ja, ja, inderdaad. Orthodox? Ja en dat verschilde wel heel erg per vergadering. Dus ik ben opgegroeid als kind in Dieren, maar al snel daar ging het niet lekker. Zijn zijn dingen gebeurd die niet die niet nou ze konden niet meer samen gemeente zijn.

Speaker 2:

Dus we zijn op een gegeven naar Apeldoorn vertrokken en daar was het weer veel vrijzinniger en ging neigde het al wat meer naar een evangelische gemeente. Oké. Om het om het woord is gevallen evangelische gemeente. En ik moet eerlijk zeggen dat ik ook niet zo heel veel heb met met al die die verschillende koepels of demonaten. Hoe noem je dat?

Speaker 2:

Deonomaties.

Speaker 1:

Dat is zo'n woord waar je over struikelt ja.

Speaker 2:

Eigenlijk zegt me dat niet zoveel en interesseert me dat ook niet zo heel veel. En wat

Speaker 1:

is dan het verschil tussen een evangelische gemeente en een pinkster gemeente?

Speaker 2:

Ja, ik denk dat het hem dat toch voor een groot deel in de leer zit, waar ik ook niet de puntjes op de Ivan ken, zeg maar.

Speaker 1:

En

Speaker 2:

vaak zie je ook wel dat in een pinkster gemeente er meer ruimte is voor de Heilige Geest en voor bepaalde uitingen daarvan. Dus dan heb je het bijvoorbeeld over profetie uitspreken of in tongen spreken of Ja. Nou ja, dat soort uitingen zeg maar.

Speaker 1:

Dus als je als je als we het onderwerp nemen hoeveel hoeveel ruimte willen we geven aan de Heilige Geest tijdens een kerkdienst en je zou dat op een soort spectrum tekenen, dan zou je kunnen zeggen dat ik met mijn gereformeerde kerk helemaal aan de linkerkant zit en jij bij de pinkstergemeente waarbij jullie aangesloten zijn, zit je eigenlijk helemaal aan de rechterkant. Ja.

Speaker 2:

Dus dat is leuk. Dat is interessant. Ja, waarbij waarbij het goed is om te weten dat ik daar toch altijd wel een beetje met een bepaalde scepsis naar kijk, naar die uitingen van de geest. Dus ik ben niet een ben niet de grootste aanhanger van al die uitingen, zeg maar.

Speaker 1:

Oké, dus dat klinkt nog wel een beetje als een verdediging ook, maar er zit meer achter dan alleen maar de reflex om te verdedigen ik zit bij een pinkstergemeente. Maar ik ben wel eens sceptisch hoor of kritisch. Dus het is interessant om dat nog wat verder af te pellen. Want ja, wij kennen elkaar natuurlijk vrij goed. Ik ben niet alleen sceptisch, ben ook gewoon onbeholpen, eerlijk gezegd hiermee.

Speaker 1:

Ik weet me niet goed. Als jij bijvoorbeeld zegt in tongen spreken, dan knik ik beleefd. Maar ik heb dat in de bijbel gelezen. Ik heb nog nooit iemand in tongen horen spreken. Ik heb geen idee.

Speaker 1:

Ik heb nog nooit een dienst meegemaakt waarbij dat überhaupt ruimte kreeg of waarbij je het gevoel had van nou dat zou nu kunnen gebeuren of zo. Niks van dat alles. Dat wil ik maar gewoon gezegd hebben. Ik ben ook gewoon onbeholpen hiermee. Het is onbekend terrein voor me, wat het ook wel een beetje spannend maakt, omdat ik ergens wel denk, ja die Heilige Geest, wat is dat toch allemaal Ik vind dat altijd een moeilijk onderwerp.

Speaker 1:

God is de grote almachtige God. Jezus is is degene die ons gered heeft door voor ons te sterven. Dan hebben we nog de Heilige Geest die daarna kwam. Daar hebben we nota bene net pinkster nog bij stilgestaan. Ja, en ik heb altijd een soort verlegenheid ervaren bij mezelf.

Speaker 1:

Ik denk ook wel dat die verlegenheid er is geweest en nog eens binnen de kerkgemeenschappen, waar ik onderdeel van uit heb gemaakt en nog steeds van uitmaak. Dus ik heb ook wel een beetje met jaloezie dan gekeken naar de vertrouwdheid die andere christenen kunnen hebben met die Heilige Geest. Die ik dan wel meer ervaar met God en met Jezus, maar veel minder met die Heilige Geest. Terwijl dat is ook, ja, jij bent daar misschien niet het meest sprekende voorbeeld van, van mij. Misschien door die scepsis die je net zelf benoemde.

Speaker 1:

Maar ja, heb ook altijd wel een beetje Soms ben ik daar wel een beetje jaloers op. Dat ik denk dat dat is dus een soort golflengte waar je op afgestemd kunt raken ofzo. Die compleet aan mij voorbij gaat. Tegelijkertijd is die voel ik me er soms ook heel prima bij dat hij aan mij voorbij gaat, omdat hij zoveel vrijheden biedt. En ook Ja, er zijn ook voorbeelden geweest.

Speaker 1:

Nou ja, jij hintte er net op toen je vertelde over die vergadering in Dieren. Dat misschien die vrijheid ook, ja, dat kan ook iets kwetsends of iets. Er kunnen ook dingen ontstaan die maken mensen uit elkaar groeien of niet meer met bij elkaar in een vergadering of in een gemeente willen zijn. Dus het is ook ergens wel bedreigend, omdat je die controle dus dan niet meer hebt en daar spreekt dan toch weer die gereformeerde in mij denk ik.

Speaker 2:

Ja, nee zeker dat snap ik. Dus het het is een risico denk ik om ruimte te geven aan de Heilige Geest, omdat er altijd een menselijke factor bij komt kijken. Hè, dus ik het kan best zijn dat ik als de zwager van jou, al maandenlang loop te irriteren aan jouw houding richting mij. Je kijkt niet genoeg naar me om, te weinig aandacht voor mij en dan zou ik dat natuurlijk ik heb dat gevoel, ik moet er wat mee. En als je als je dan in je leven constant ruimte wil geven aan de Heilige Geest, dan kan het maar zo zijn dat ik zou zeggen, Renco ik heb het gevoel dat God tegen jou wil zeggen dat hé of dat de Geest mij duidelijk maakt dat

Speaker 1:

Maar eigenlijk wil jij gewoon wat zeggen.

Speaker 2:

Ja, precies. Dus wat is dan van de Geest en wat is van mij als mens zeg maar. En dat is natuurlijk een een factor die je altijd mee te maken hebt als je ruimte geeft aan de Heilige Geest. Er zijn gewoon mensen in de kerk en die mensen zijn niet puur volmaakt en niet Snap je? Dit gaat altijd door die filter van de mens heen.

Speaker 2:

Ja. Dus wat wij ook wel leren is dat je als iemand iets doorgeeft vanuit de Heilige Geest, dat kan van alles zijn, profetie of een gebed of iets uit de Bijbel voorlezen of noem het maar op. Dan toets je dat altijd aan een aantal dingen. Je toetst het bijvoorbeeld ten eerste altijd aan de Bijbel. Hè klopt het wel?

Speaker 2:

Stroopt het wel met wat er in de Bijbel staat?

Speaker 1:

En en je, is dat dan degene die het uitspreekt of is dat degene die het ontvangt?

Speaker 2:

Nou ja, vind het persoonlijk de verantwoordelijkheid van degene die het uitspreekt, maar ook zeker de verantwoordelijkheid van degene die het ontvangt.

Speaker 1:

Nou, ik kan me voorstellen dat als je het gevoel hebt dat je ja, dat je woorden op de tong worden gelegd, zullen we maar zeggen, die je wil uitspreken. Ja, dat je zegt wacht even, wacht even. Ik pak even de bijbel erbij. Ik sla het er even op na. Snap je?

Speaker 1:

Het is best wel lastig om voor degene die dat wil uitspreken of een bepaald gebed. Ik kan me niet voorstellen. Ik weet uit ervaring dat je soms, het is een beetje moeilijk te omschrijven, maar in een soort flow of een soort stemming komt waarbij je soms dingen zegt. Ik heb dat dan wel eens ervaren in gebed. Dat je denkt: waren dat dan mijn woorden?

Speaker 1:

Waar kwamen die nou precies vandaan? En dat je soms ook terug hoort van iemand dat je dan iets hebt gezegd wat heel erg binnenkwam bij iemand. Ja, ik ben wel tot de conclusie gekomen van mezelf, daar zit iets van die Heilige Geest in. Ik vind dat heel moeilijk en complex en precies om die vraag die jij net schetst van hoe ontwaar ik nou eigenlijk dat onderscheid. Hoe maak ik dat onderscheid tussen wat ik eigenlijk zelf wil zeggen, en die Heilige Geest die al zo moeilijk grijpbaar is.

Speaker 1:

Die wel in mij is. Wat is dat dan? En die dan dingen wil zeggen mij daarvoor gebruikt. Poeh. Maar het is ook wel lui om het dan daar maar bij te laten.

Speaker 1:

Omdat het moeilijk is of lastig te begrijpen is. Wil jij nu een voorbeeld van iemand die iets uitspreekt wat misschien verweven is geraakt met wat iemand gewoon persoonlijk op zijn hart heeft. En eigenlijk gewoon, in dit geval jij, gewoon ook tegen mij zou kunnen zeggen zonder dat we dan in gebed hoeven te gaan en dat jij via een gebed eigenlijk gewoon iets tegen mij zegt. Ja. Het is net hetzelfde als dat je, ik moet dan denken aan mijn kinderen, dat je dan tegen je kleine kind zegt, vraag mama maar even of die nog wat drinken wil.

Speaker 1:

Dan denk nou dat kun je gewoon zelf vragen. Via je kinderen naar je partner praten. Het is ook

Speaker 2:

een

Speaker 1:

beetje een flauwe vergelijking misschien, maar

Speaker 2:

Het is ook een beetje een oneerlijke manier van autoriteit kan het zijn hè. In de zin van als ik tegen jou zeg God maakt mij duidelijk dat Ja, durf daar nog maar

Speaker 1:

eens Ja, wat kan ik dan nog? Dat moet ik ontvangen.

Speaker 2:

Je wordt meteen buitenspel gezet in in daar nog kritisch over durven zijn. Want ja, wie ben jij om tegen God in te gaan, weet je wel. Dus ja, ik

Speaker 1:

Is dat een scepticus in jou? Ja. Dat je die dynamiek zeg maar onderkent, zo van dat kan spelen. Ja, wordt eigenlijk buitenspel. Dat vind ik wel mooi verwoord.

Speaker 1:

Je wordt eigenlijk buitenspel gezet.

Speaker 2:

Ja, ja en daarom vind ik het mooi dat, dat zie ik ook in onze gemeente, dat er wel degelijk soort van handvaten zijn van ook oké hoe ga je er dan mee om? En je kan dus toetsen. Klopt het wel met de Bijbel? Als, wat ook een bekende is, is als iemand zegt ik heb het gevoel dat God wil dat je die kant op gaat, dan kan je altijd bij jezelf denken, nou dat kan God mij ook duidelijk maken. Snap je?

Speaker 2:

Dus jij kan wel zeggen ik moet stoppen met werken want ik moet even naar de vorige aflevering storten. Laat God dat ook maar aan mij duidelijk maken dat ik dat moet doen.

Speaker 1:

Dus de factor tijd lijkt me daar dan heel wezenlijk in. Dus als iemand iets naar je uitspreekt, hoef je niet per se diezelfde dag nog te handelen. Dat kan landen in je gedachten, in een bepaalde voedingsbodem. Dat is in ieder geval wel een les die ik de afgelopen jaren wel geleerd heb. Ik wil graag meteen doorpakken.

Speaker 1:

Concreet maken, aan de slag, mouwen opstropen en daarmee daarmee verlies ik wel eens uit het oog dat iets idealiter een wat diepere verankering heeft dan een soort van verantwoordelijkheidsgevoel of een verplichting die je ervaart om bij te dragen. Natuurlijk is het prima om soms op die golflengte dingen te ondernemen. Je kunt altijd wel wachten op een soort diepere overtuiging. Maar tegelijkertijd als je je wel vanuit een diepere overtuiging dingen kunt doen, kost het je doorgaans naar mijn idee, mijn ervaring, minder moeite, is het langer vol te houden, draag je het veel meer uit en over, ook naar anderen, omdat je veel meer iets doet wat dicht bij je ligt. Wat je echt bezig houdt, zeg maar.

Speaker 1:

Precies.

Speaker 2:

Hey, want jij gaat dan naar een wat traditionelere kerk, waarop als ik het van een afstandje bekijk denk, hey daar is misschien wat minder ruimte tijdens een dienst voor de Heilige Geest.

Speaker 1:

Nou dat kunnen we gewoon stellen hoor, daar hoef je niet voorzichtig

Speaker 2:

in te Ja, maar even een eerste basisvraag. Wat want geloof jij überhaupt in het bestaan in in van de Heilige Geest geloof je in het bestaan van de Heilige Geest? Ja. En Ja. En geloof je ook dat dat de Heilige Geest nu nog een soort van invloed kan hebben op op onze levens, zeg maar?

Speaker 2:

Ja. Ja. Denk je dat er in jullie kerk ook leiding is van de Heilige Geest? Ja, ja ik Want dat denk ik ook hoor, als ik lijkt mij ook. Hoe komt dat hoe komt het bij jullie tot uiting dan?

Speaker 2:

Hoe zit dat dan denk je?

Speaker 1:

Nou op die laatste vraag antwoord ik ja. Vooral op individueel niveau. Dus ik antwoord ja op 'hey, we zijn een kerk, maar een kerk is ook eigenlijk een verzameling mensen. Het zijn allemaal individuen bij elkaar. En er zijn mensen bij mij in de kerk waar ik daar met bewondering naar kijk.

Speaker 1:

Die een soort geestelijk leven hebben. Bepaalde discipline, doorzettingsvermogen, een hele natuurlijke afhankelijkheid hebben in de zin van dat ze laat zich moeilijk omschrijven, het is in ieder geval het tegenovergestelde van het maakbare. Zo van ik zet de realiteit naar mijn eigen hand. Nee, de realiteit dient zich aan en ik verhoud me daar daartoe. Dat is wat ik bedoel met afhankelijkheid.

Speaker 1:

Dus die laatste vraag of denk je dat de Geest leiding geeft of werkt in onze gemeente? Ja, dat denk ik, omdat ik dat om me heen zie bij mensen. Nou punt. Ik vertel dat omdat ik niet per se ja antwoord op de vraag of dat ook het geval is als je kijkt naar het kerk collectief, gemeenschap die geleid wordt door een aantal mensen. Ik heb zelf ook een aantal jaren in de kerkenraad gezeten.

Speaker 1:

Want zo heet dat dan, ons, de kerkenraad leidt en stuurt. We hebben natuurlijk een predikant voor de duidelijkheid. Maar we hebben ook een kerkenraad. Er moet ook allerlei dingen gebeuren. Soms bedoel ik meer de praktische dingen.

Speaker 1:

Maar je hebt ook de zorg voor de ander. Je hebt de geestelijke zorg. Bij ons zijn dat de

Speaker 2:

oudsten en de voorganger. Dus what's in the name?

Speaker 1:

Ja, uiteindelijk wil je gewoon een aantal taken die, denk ik, Bijbels gezien ook horen bij een kerkgemeenschap. Die wil je verdelen. Daar zijn sommige mensen goed in, sommige mensen minder goed in. Dus dat is eigenlijk vergelijkbaar aan de kerk waar jullie lid van zijn, denk ik. Of vergelijkbaar aan heel veel andere kerkgemeenschappen Maar de aansturing van onze gemeente, daar proef ik dat dat altijd een beetje spanning geeft.

Speaker 1:

Want er zijn mensen die daar dus meer ruimte willen creëren. Daar zit dat woord onafhankelijkheid, afhankelijkheid weer in wat in me opkomt. Maar die mensen zijn wel in de minderheid in onze gemeente. Dus het grootste deel, en ik denk dat ik daar eerlijk gezegd, als ik eerlijk ben, ook meer toe behoor, is dit toch wat meer op

Speaker 2:

een

Speaker 1:

rationele golflengte. Ja, er moeten gewoon dingen gebeuren, zullen we zeggen. Ik slaat een beetje plat nu. Dus ja, op level heb ik niet het gevoel dat de Heilige Geest, ja, onze kerkgemeente bestuurt of zo. Ja, ik vind het ook als ik het hardop zeg, vind ik het ook bijna een beetje vreemd klinken ook.

Speaker 1:

Alsof dat dus zo zou kunnen. Dat zit in ieder geval niet dicht bij mijn belevingswereld. Maar dan de wedervraag aan jou. Hoe ervaar jij dat dan bij de kerk waar jij bij hoort?

Speaker 2:

Ja, nou weet je ik denk

Speaker 1:

Of gemeente moet ik misschien zeggen.

Speaker 2:

Ja, het is geen gemeente. Ja. Het is nog geen community. Zo hip zijn we niet. Maar kijk weet je ik ik geloof precies wat jij zegt dat het hem heel erg ook zit in de individu.

Speaker 2:

Ik geloof dat de Heilige Geest in in ons woont zeg maar, waardoor per definitie per individu, ja die verschilt een beetje in hoeverre je daarvoor openstelt in je leven of zo, snap je? Ja, nou ik

Speaker 1:

denk dat we dat eens zijn met elkaar. Ja, op mijn manier zeg ik eigenlijk hetzelfde.

Speaker 2:

En in die zin kan het best zijn dat je een Pinkster gemeente hebt waar door alle individuen bij elkaar opgeteld misschien helemaal niet zoveel ruimte is voor de Heilige Geest en de gereformeerde gemeente als je daar al die individuen bij elkaar optelt wel heel veel ruimte is voor de

Speaker 1:

Heilige Ja, dat is maar ook wel heel diplomatiek hoor, Want in de praktijk, tuurlijk dit is een soort hypothetisch voorbeeld. Tuurlijk, dat zou kunnen daarmee onderken je dat het niet what's in a name. Je kunt jezelf gemeente nog wat noemen of kerk nog wat noemen. Dat hoeft niet zoveel te zeggen over de ruimte die de geest dan krijgt. Dat ben ik met je eens.

Speaker 1:

Maar we kunnen denk ik wel stellen dat de vertegenwoordiging van die individuen, van die mensen, die meer zoeken en meer openstaan voor wat wat dat dan betekent als de Heilige Geest in je woont en wat dat dan ook mag betekenen binnen die kerkgemeenschap waartoe je behoort, dat die groep mensen veel beter vertegenwoordigd is in een Pinkstergemeente dan in een gereformeerde kerk.

Speaker 2:

Ja, dat is waar. Wat gewoon zo is, is dat tijdens onze dienst, dat is het zo heet een dienst hè, waarmee u Ja

Speaker 1:

klopt, viering, eredienst. Ja precies.

Speaker 2:

Tijdens onze dienst is er gewoon op zijn minst een brokje van nou ja pak beet 10 15 minuten die niet ingevuld is en waarin gewoon ja ruimte is voor iedereen die in de zaal zit om op dat moment iets hardop te doen. Hè, en dat kan zijn dat je dan een een lied wil zingen of opgeven hè dat je ze vaak soms soms beginnen mensen spontaan te zingen in de hoop dat de rest maar mee gaat doen. Nou dat gebeurt dan ook dus dan zou het heel senant zijn. Voel je dan ook een druk om mee te doen? Ja ja ja, die die we worden niet door de geest geleid, dan word ik gewoon geleid door van oké.

Speaker 2:

Een groepsdruk. Ja. En of een gebed of een een woord noemen ze dan als iemand een woord wil delen. Kan iets uit de bijbel zijn of een profetie of of in tongen wordt er gesproken. Nou, nu moet zeggen dat bijvoorbeeld in tongen spreken dat gebeurt echt nou misschien 1 keer per 2 maanden of zo weet je wel.

Speaker 2:

Dus dus niet dat het dan aan de lopende band gebeurt. Nee. Maar er is dus feitelijk gewoon ruimte om op dat moment iets te doen, om inbreng te hebben. Heb jij daar wel eens gebruik

Speaker 1:

van gemaakt, van die ruimte?

Speaker 2:

Nou niet niet in de kerk waar ik nu de laatste jaren zit, nee. Nee, wel in de kerk daarvoor en ik weet niet zo goed hoe dat komt. Nee. Dit is een gewoon veel grotere kerk. Hier doe je het meteen voor een paar 100 man.

Speaker 2:

In de kerk hiervoor deed ik dat voor 50 man. Dat scheelt dan een slokbon op.

Speaker 1:

Is wel een verschil ja.

Speaker 2:

Dus ja, je wordt al min of meer een soort van uitgedaagd om er handen en voeten aan te geven tijdens die ochtend zeg maar.

Speaker 1:

Maar dan zul je toch een beetje moeten gniffelen misschien wel als ik zeg dat in onze kerk we er eigenlijk al verlegen mee zijn of dat er een bepaald ongemak is als iemand een getuigenis deelt. Nou ja, dus een soort kerkjargon. Ik heb met Dick afgesproken dat we naar een soort scheepshoorn toe moeten.

Speaker 2:

Hier zitten knopjes hè, dit mengpaneel. Kunnen we gewoon intoetsen hè? Ja.

Speaker 1:

Lennet, wat is een getuigenis?

Speaker 2:

Wij hebben wij hebben met enige regelmaat een getuigenissendienst.

Speaker 1:

Nou, dat is next level. Dan dan

Speaker 2:

dan is er alleen maar ruimte voor getuigenis.

Speaker 1:

Nou, maar wat is nou een getuigenis?

Speaker 2:

Ja, een getuigenis daar overval je mee met deze vraag. In volgens mij is dat een het liefst zou ik nu gaan googelen weet wel of een vader bellen of maar een getuigenis is Ja, is

Speaker 1:

een podcast hè? Gewoon primair.

Speaker 2:

Volgens mij is een getuigenis is iets wat je hebt meegemaakt in je leven met God. Ja. En over het algemeen iets waarin je dus Gods hand kan zien of zo.

Speaker 1:

Ja, precies. Dus het is een belangrijke element van getuigenis is dat het dat dat God er een rol in heeft gespeeld. Ja. Op een manier.

Speaker 2:

Ongeveer 9 van de 10 keer is er iets vervelends gebeurd, heeft God ingegrepen op een manier en gaat het nu weer goed hé. Dat is dat is vaak het moment dat wanneer het weer goed gaat dat mensen een getuigenis gaan geven.

Speaker 1:

Je geeft geen getuigen getuigenis als je midden in die shit zit bedoel je?

Speaker 2:

Nee, meestal gebeurt dat niet. Alhoewel het gebeurt heel af en ook wel hoor in onze gemeente en ik zou er ook voor pleiten meer te laten gebeuren omdat er veel meer mensen zijn die daarmee kunnen relatief die zich daarmee kunnen identificeren dan dat het alles altijd maar goed komt. Maar goed.

Speaker 1:

Dat geeft een beeld over wat een getuigenis is. Ja. Nou, in onze gemeente is daar af en toe ruimte voor, dan is dat echt vooraf aangekondigd dat dat in een dienst gaat gebeuren. Dus niet, dan heb ik het niet over dat de dominee des morgens de dienst opent en zegt ja, bij the way er is iemand die verderop nog een getuigenis geeft. Nee, dat is dan eigenlijk bijna altijd ook al verder van tevoren aangekondigd.

Speaker 1:

Dus als je het hebt over ruimte geven. Een getuigenis is denk ik ook een vorm van, nou ja, in ieder geval vanuit mijn context bezien, als we het hebben over de geest de ruimte geven in een kerkdienst, dan is een getuigenis een instrument of een of ja, dat klinkt wat oneerbiedig, een manier om dat concreet te maken. Dus als we het daarover hebben binnen de gereformeerde kerk, pakken we al snel het onderwerp getuigenis. Wil dan nog, je proeft gewoon dat dat ik weet niet Misschien dat jij daar wat over kunt zeggen. Maar iemand vertelt dan wat en dan iedereen Het is bijna Dominee vertelt ook wat en wij horen dat aan.

Speaker 1:

En ja, dan als iemand dan een getuigenis vertelt, dat is soms best wel een persoonlijk iets. Het voelt voor mij dan soms wat ongemakkelijk om iets persoonlijks vanuit de preekstoel, klinkt dan wel heel Wij hebben niet eens een preekstoel, dus we hebben gewoon een podium en daar staat een predikant op, die spreekt ons dan toe vanaf het podium pre-corona heb ik het dan natuurlijk nog nu over dat dan een gemeentelid iemand een getuigenis gaat geven wat behoorlijk persoonlijk is. En dat dan zendt naar diezelfde gemeente die dat ontvangt. En daarna komt nog het slotlied aan, bij wijze van spreken. Dus dan vraag ik me nog af, welke ruimte Ja, heb het soms inspirerend gevonden.

Speaker 1:

Ik heb het ook wel ongemakkelijk gevonden. Om die dynamiek die ik net beschrijf. Dat is ook omdat er denk ik een bepaalde verlegenheid is binnen mijn kerk of kerkgemeenschap. Hoe is dat dan voor jou als als dat gebeurt? Hoeft niet per se het voorbeeld getuigenis te nemen.

Speaker 1:

Maar als iemand die ruimte neemt, hoe hoe is dat dan voor de ontvangende kant? En hoe is dat dan ook voor de gevende partij? Dus degene die wat deelt. Als je die bijvoorbeeld daar na afloop over spreekt. Ja.

Speaker 1:

Misschien is dat wel eens gebeurd. Kijk, hoe kijkt die daarop terug? Denkt hij dan nou dat doe ik dan nog een keer? Of goh dat hakken andere verwarring. Snap je?

Speaker 1:

Hoe werkt dat?

Speaker 2:

Ja, ja, precies. Nou, ik denk inderdaad dat het uitmaakt. Ik ik snap de verlegenheid en ik ik ik herken hem ook wel eens, maar bij ons is het zo dat ten eerste heb je een soort van leiding van dienst. Dat is niet per se de voorganger, dat kan een voorganger zijn. Dat is gewoon iemand de ceremoniemeester hè, van de ochtend zou je kunnen zeggen.

Speaker 2:

Ja, ja.

Speaker 1:

De dagvoorzitter.

Speaker 2:

Ja, de dag, precies. Die reageert als het ware op degene die de getuigenis heeft gegeven. En dat kan zijn door op het podium voor die persoon te bidden. Van oké bedankt dat je dit hebt verteld. Dus dat helpt al hè.

Speaker 1:

Het wordt een beetje in ook een beetje in banen geleid zou je kunnen zeggen.

Speaker 2:

Ja, want die vangt ook die persoon op.

Speaker 1:

Gewoon publiek. Ja, die deelt misschien dus iets heel persoonlijks en dat is, nou dat vind ik een mooi punt, want bij ons loop je dan gewoon het podium weer af en ga je weer zitten.

Speaker 2:

Nee, dus er is reactie die wordt gedaan door diegene die ook op het podium staat en die verwoord vaak al wat jij zelf ook voelt. Snap je? Dus dat helpt al. Het kan zelfs zo zijn, dat doen we, dat gebeurt ook wel eens, dat diegene die leiding van dienst heeft zegt, is er iemand in de zaal die voor deze persoon wil bidden? Zijn er 3 mensen?

Speaker 2:

Ik wil graag even 3 vingers zien, 3 mensen die nu voor de Piet gaan bidden.

Speaker 1:

Ja en die komen dan naar voren of die gaan staan of dan staan

Speaker 2:

en dan dan ja precies hè. Dat is afhankelijk hoe groot gemeente je bent of dat kan of niet. Dus als jij dan die persoon bent die daar behoefte aan had, maar alleen maar daar als consument zat, dan zou je dus de mogelijkheid krijgen ik zou voor deze persoon nu even kunnen bidden.

Speaker 1:

Ja, ja. Daarmee Ja, dat is al wezenlijk anders hè. Ja, Ja.

Speaker 2:

En wat wij ook gewend zijn, maar dat is na iedere dienst, is dat er altijd pastoraat in de zaal blijft. Dus er wordt eigenlijk na elke dienst gezegd, hey, je nog behoefte aan een gesprek met iemand of heb je behoefte aan een gebed, blijf gewoon even zitten. Dan blijven een paar mensen hier en die kunnen met jou praten of bidden.

Speaker 1:

Herken ik. Dat hebben wij in onze gemeente ook. Er zijn mensen die zichtbaar tot dat team behoren en die kunnen met je in gesprek, kunnen met je bidden, die nou ja, wat je maar eigenlijk nodig hebt op dat moment.

Speaker 2:

En wat natuurlijk mooi zou zijn is dat dat je als kerk een een soort van gemeenschap bent waarin je misschien al een klein beetje bekend bent met bepaalde verhalen. Dus soms, het zou natuurlijk mooi zijn als een getuigenis niet volkomen rouw op je dak valt. Is dat natuurlijk helemaal afhankelijk van hoe groot de gemeente je bent. Maar dan bedoel

Speaker 1:

je in hoeverre je dus kennis hebt van elkaars persoonlijk leven?

Speaker 2:

Ja. Je hebt natuurlijk kringen, je hebt ook een soort van nieuwsbrief waarin soms persoonlijke verhalen gedeeld worden of gebedspunten gedeeld worden. En dan kan het ook mooi zijn dat iemand een getuigenis geeft van hey, je had er al eens wat van opgevangen hè, dat hij dat hij moeilijk zat. Ja. En nu wordt daar wat over teruggekoppeld.

Speaker 1:

Ja, ja dan gaat het wel raar. Ik denk wel dat je op die manier meer betrokken raakt op iemand of of of.

Speaker 2:

Hey maar het is bij jullie in de kerk dus ondenkbaar om iets, om wat meer de spannende dingen van de Heilige Geest ruimte te geven. Dingen als een profetie uitspreken of in tongen spreken. Dat gewoon een no go zeg maar.

Speaker 1:

Tongen, dat tongen in tongen spreken, ja tongen Nee, in tongen spreken, nee, dat zit eigenlijk gewoon niet in ons vocabulaire. Met een beetje geluk wordt er rondom Pinksteren over gepreekt, maar dan is het meer omdat het ja.

Speaker 2:

Ja, handelingen was dat mooi en nuttig, maar

Speaker 1:

Ja, dat wordt naar mijn idee niet doorvertaald naar iets wat anoniem is. Het had ook niet weggezet als iets heel raars ofzo, maar je voelt wel aan van nou dat is niet iets waar we nu nog zo naar kijken of nee en daarvoor noemde je nog een vorm Ja, daar is ook wel dat is minder ver van ons af dan in tongen spreken.

Speaker 2:

Ja, je verstaat het. Ja. Dat ver

Speaker 1:

helpt wel. Ja, precies dat helpt. Ik kan me herinneren dat ik een keer, een jaar geleden hadden we een kerkenraad weekend waarbij dit een onderwerp was van het programma. Dat we dat ook gedaan hebben in groepjes. En proberen helemaal stil te worden en te luisteren naar of er iets bij je binnenkomt.

Speaker 1:

Een gedachte, een woord, weet ik veel. Dat klinkt alweer zo kerkelijk. Kan van alles zijn. Dat je er dan toe wordt uitgenodigd om dat op dat moment dan ook te delen met die ander. Gewoon uitspreken.

Speaker 1:

Het was dan uitsluiten, maar veelal in een gebeds setting. Ja, ik begin dan wel te zweten. Ik vind dat ook ik ben dan nieuwsgierig maar ook wel Ja, ik begin ook te zweten. Dus dat zegt ook iets over het ongemak wat ik kennelijk dan tegelijkertijd ervaar.

Speaker 2:

En

Speaker 1:

daar wordt niet door iedereen positief op teruggekeken. Nee. Dat zit hem eigenlijk in die vraag. Kijk, hebben een Wat wij vaak doen, heb ik een aantal keren gezien gebeuren al. Dan zeggen we ja, maar eigenlijk profiteren we toch elke dag?

Speaker 1:

Dus we maken het iets heel alledaags, waardoor het geen bijzondere plek meer hoeft in te nemen. Dus je kunt net als dat je kunt zeggen, ja getuigenis, we getuigen toch elke dag weet je wel en daarmee haal je de angel eruit of ik weet niet.

Speaker 2:

Nee precies. Maar ik vind dat wij het soms ook te groot maken in onze Pinkstergemeente, Snap je? Dus er is ook wat voor te zeggen om er wat normaler over te doen. Ja, nou ja, dat kan ik, dat vind

Speaker 1:

ik dan lastig omdat ik ken jouw ervaring er niet zo mee, maar ja, het is zo ongemakkelijk en dat zit hem ook al op dat punt wat jij al eerder aanhaalde. Wat komt van God en wat niet? En daar zit wat denk ik voor ons als gereformeerden de crux. We kunnen niet met zekerheid, een belangrijk woord, met zekerheid stellen dat dit van God komt. Wantrouwen we het.

Speaker 1:

Dus is het heel lastig om dat een plek te geven in een kerkdienst. En een getuigenis, is dan wat veiliger terrein, want dat is iemand deelt iets uit zijn persoonlijk leven. Dus die vertelt gewoon first hand: dit heb ik meegemaakt en het was misschien moeilijk. Of ik heb iets gepresteerd wat ik nooit had gedacht dat ik dat kon. En dat is me toch gelukt.

Speaker 1:

Dat heeft heel veel met me gedaan. Daarvoor kun je moeilijk zeggen: ja, is niet gebeurd. Iemand deelt gewoon iets. Dus die blijft ook vaak heel dicht bij zichzelf. En daarom kan dat beter of kan dat wel.

Speaker 1:

Maar die profetie, jij gaat iets tegen een ander zeggen. En die ander die moet daar ontvankelijk voor zijn denk ik. Die moet het ook accepteren dat er op dat moment spontaan voor hem of haar gebeden kan worden. En ja, dat toetsen van bron, zal ik maar zeggen, van wat er gezegd wordt, in combinatie met de, nou ik noemde mijn eigen zwetende houding toen het over profetie ging, maakt ook dat je daar. Je komt ook niet echt verder daar, denk ik in onze gemeente.

Speaker 1:

Het is heel moeilijk om hier meters te maken, want dat ongemak daar wordt nauwelijks aan gewerkt. Dat zit er in. Dus als je dat niet meer wil, moet je volgens mij naar een andere kerk gaan, als als ik zo cru mag zijn. En we houden van controle denk ik wel en hebben dat verstand ook redelijk hoog in het vaandel. En daarmee kom je in de knoop op die punt wat komt van God en wat niet.

Speaker 1:

Ja, daar is dus geen. Nou ja, ik ben benieuwd hoe jij daar mee omgaat. Maar dat is denk ik grosso modo ons en misschien ook wel mijn punt of lastigheid ermee. Wat komt van God en wat niet? En jij gaf net al aan van er zijn instrumenten, je kunt of er zijn manieren om dat te maar dat klinkt wel wat mooier dan het volgens mij echt is.

Speaker 2:

Dat ben ik met je eens. Het is niet zo zwart-wit hè, of altijd zo duidelijk. En hierin, ik herken dus heel erg jouw skepsis hierin, gewoon persoonlijk hè, dat ik ook ik heb ik heb te veel dingen gezien of meegemaakt waarin werd gezegd dat iets vanuit God of vanuit de Heilige Geest kwam en dat ik echt dat ik gewoon weet achteraf gezien van dat klopte gewoon niet. Het was niet waar, het was manipulatief of het was enzovoort. Ik alleen ik vind het te zonde om dan het kind met het badwater weg te gooien of zo.

Speaker 1:

Ja, dus je hebt ook genoeg positieve waardevolle ervaringen gehad. Die stapelen ook op.

Speaker 2:

Ja, precies. Ja, ja. Maar ik herken het gezweet en het ongemak als dit soort dingen gebeuren, maar ik zet mezelf ertoe van 'Lennard, kijk gewoon, kan je

Speaker 1:

hier iets mee, weet je wel. Ontvang het gewoon.

Speaker 2:

Ja, precies en en kijk gewoon wat je daarmee kan. Breng het desnoods ingebed tot God weet je wel zelf van hey God dit wordt nu gezegd moet ik hier iets mee of niet. En Ik krijg bijna nooit een briefje uit de hemel ook, maar soms is het een bepaald gevoel wat je krijgt. Of soms denk je een maand later van God was eigenlijk goed want nou ja hier en hier rond is het gewoon heel goed gebleken.

Speaker 1:

Ja, ook dat is natuurlijk heel persoonlijk. Het is vaak zo bij dat soort, mijn ervaring tenminste, bij dat soort zaken als je die onder woorden brengt naar een ander, dan verliezen ze eigenlijk al, dan verliezen die momenten al hun betekenis. Omdat ze zo particulier van jou zijn en juist bij jou op de juiste plek landen en dat is heel moeilijk. Je kunt een ander dat vertellen en die ander kan dan verstandelijk of die kan aan jou zien dat jij er veel aan hebt gehad, maar je kunt eigenlijk niet overbrengen aan die ander hoe raak een bepaald woord was Of hoe fijn het was dat die ene toch in dat gebed dat er even bijhaalde. Is bijna niet te doen en toch kan je je enorm gesteund en gesterkt voelen als dat toch gebeurt.

Speaker 2:

Ja precies en het lastige is natuurlijk dat onze atheïstische buurman dezelfde ervaring kan hebben bij een gesprekje met zijn oom of bij iets wat hij leest in een in een een boek van Rutger Bregman, weet je wel.

Speaker 1:

Ja, kom je op de vraag wat komt van God en wat niet?

Speaker 2:

Precies, dat is gewoon lastig. Maar daarin ik heb hier een briefje voor me liggen, daarop staat ik weet niet of ik het van Corrie ten Boom heb of van mijn vader. Ik haal die 2 vaak door elkaar, maar daarin staat, we moeten niet zozeer zoeken naar de leiding van de Heilige Geest, maar we moeten gewoon vertrouwen dat de Heilige Geest ons leidt. Snap je? We zijn, we geloven, we zijn christen, de Heilige Geest woont in ons, dan kunnen we gewoon vertrouwen de Heilige Geest gaat met ons en die leidt ons.

Speaker 2:

Dus hoeven we niet zozeer de hele tijd krampachtig te zoeken is dit van de Heilige Geest, maar we kunnen gewoon in een meer ontspannen vertrouwen van de Heilige Geest is onder ons, zeg maar.

Speaker 1:

Daar zit iets in van stel je ervoor open, ontvang het. Ja. En nou ja, tenminste ik zou er dan nog achteraan willen zeggen je hoeft niet dan morgen in plaats van de voorgenomen linksaf in 1 keer rechtsaf. Nee. Geef het tijd.

Speaker 1:

Het land in je hart zeg maar, het land in je hoofd. Het wordt gerelateerd aan andere gedachten, dingen die misschien al gezegd zijn tegen je of gevoelens die je al had en een ander roept nog iets en na verloop van tijd krijg je richting en dan zal inderdaad die atheïstische buurman zeggen, nou ja, heb ik ook. En dan, nou ja, oké. Tof. Dat is fijn dat jij dat ook hebt en jij zal misschien nooit verbinden aan de Heilige Geest.

Speaker 1:

Ik doe dat wel. En net zo min als dat ik zou kunnen aantonen dat iets van de Heilige Geest komt, zal ook die buurman natuurlijk nooit kunnen aantonen dat dat niet zo is. Dus waarom daar dan zo druk mee zijn?

Speaker 2:

Ja, ja, waarbij ik dus wel, als ik het dan echt inderdaad vergelijk met die atheïstische buurman, dan dan dan heb ik toch het idee dat de Heilige Geest wel degelijk meer doet en kan dan iemand die daar in zijn leven niks mee te maken heeft. Dus ja, ik geloof dat dat dat de atheïstische buurman ook dit soort ervaringen kan ervaren En toch geloof ik dat het bovennatuurlijke van de Heilige Geest iets is wat die atheïstische buurman kan missen.

Speaker 1:

Ja, maar dat heeft dan te maken met een bepaalde ontvankelijkheid daarvoor. Ook een bepaalde, nou ja ook een overtuiging. Geloof dat de Heilige Geest er is en en je daarvoor openstellen en hem ook zeg maar ja, hem

Speaker 2:

Ja, dus ik wat ik mij wil zeggen is dat ik wil niet alle alle alle ervaringen die wij als christenen kunnen ervaren rondom de Heilige Geest kunnen vergelijken met alles wat iemand die bijvoorbeeld atheïstisch is ook ervaart. Want dat zou betekenen dat de Heilige Geest helemaal geen toegevoegde waarde is in ons leven en alles eigenlijk, ja is het de Heilige Geest of is het psychologie? Nou, weet niet, maakt niet zoveel uit.

Speaker 1:

Dan sla je me eigenlijk te plat. Ja, dat vind

Speaker 2:

ik wel ja, ja.

Speaker 1:

Fair of.

Speaker 2:

Ja. Maar ik denk, want we moeten enorm afronden, Renko, dat is niet normaal. Dit is gewoon een nieuwe kooi hoor, in podcast land denk ik.

Speaker 1:

One-taker hè, one-taker.

Speaker 2:

One-taker, ja. Ik denk dat mijn ideaal zou een beetje in tussen ons in liggen. Tussen onze kerk in, laat ik het zo Ik denk wat mij betreft zouden jullie wel, jullie zijn jullie iets te veel doorgeschoten in een stukje risicomanagement zeg maar. Dus alle risico's maar uitsluiten, want dan dan kan het ook niet misgaan. Ja, ja.

Speaker 2:

En nu maak ik het waarschijnlijk iets te, zet ik het iets te extreem neer.

Speaker 1:

Dat mag hoor.

Speaker 2:

En bij ons denk ik dat er soms misschien wel iets te veel naar wordt uitgestrekt en en met met als gevolg dat er soms dingen gezegd of gedaan worden waarvan je achteraf soms denkt misschien was dit toch niet zo handig

Speaker 1:

op deze manier.

Speaker 2:

En wat zou het mooi zijn als we daar een tussenweg in vinden.

Speaker 1:

We kunnen altijd nog de politiek in. Dan belanden we in het midden van de polder. Nee, maar zonder gekheid, ik deel je wel. Jouw conclusie wel. Ik zei ook niet te fietsen eerder al van ik kijk toch wel ook wel een beetje met een schuin oog naar kerken, naar medechristenen die dat toch beter geleerd lijken te hebben.

Speaker 1:

Die daar toch een soort antenne voor hebben waarvan ik soms denk, ja, ik heb de geest al met het badwater weggegooid, zeg maar. Om het maar even oneerbiedig te zeggen. En dat was Ik denk wel eens dan mis ik wat. Dan mis ik wat. Laten we het daarbij laten.

Speaker 1:

Volgens mij eenzijdig een conclusie van mijn kant, wij gaan nog vaker podcasts opnemen.

Speaker 2:

Ja, denk je? Nou kijk, de tijd vloog voorbij. Dus dat is positief denk ik.

Speaker 1:

Precies. Hé Lenne, dank je wel. Heel erg leuk dat je met mij dit wilde opnemen en ik hoop tot de volgende keer. Ja, ik vond het erg leuk ook. Thanks.

Speaker 1:

Hé, mazzel. Ja, en dat was dan toch eindelijk aflevering 13 van Geloofsvoergesprek. Dit keer een wat langere aflevering, maar ik hoop niet dat je het ons kwalijk hebt genomen en dat je het natuurlijk interessant vond. Wil je reageren, dan kan dat. Ga naar geloofsvoer punt nl, zoek de blog op, laat een berichtje achter, stuur een mailtje naar gesprekgeloofsvoer punt nl of laat een berichtje achter op Twitter of Facebook.

Speaker 1:

Over 2 weken zijn we er weer met een nieuwe aflevering en over 2 weken is we gewoon weer Dick en ik. Tot dan, later!

Makers en gasten

Dick
Host
Dick
Podcaster en schrijver voor geloofsvoer.nl
Renco
Host
Renco
Podcaster en schrijver voor geloofsvoer.nl
Lennert
Gast
Lennert
Zwager van Renco
#13 Geest in de kerkdienst
Uitgezonden door